Working girl

In juli kwam ik aan in Oxford, dolbij dat ik terug was in Engeland. Ik arriveerde met stralend weer (een unicum), riep 'tally ho!' naar een verbaasde taxichauffeur en liet me naar de eerste de beste pub brengen. Twee dagen later realiseerde ik me dat mijn dieet van gin-tonic en fish&chips weliswaar goed vol te houden was, maar dat er toch ook voor betaald moest worden.

Een echte journalistenbaan zoeken, dat durfde ik niet. Dus besloot ik eerst te kijken of ik een eenvoudige baan in een Engelssprekende omgeving zou overleven. Ik deelde twee cv's uit, besloot toen een kleine adempauze in te lassen, en werd tot mijn verbazing twee keer teruggebeld. Het eerste baantje was achter de bar bij een sportclub. De werkomstandigheden waren enigszins vaag. Eerst was me verteld dat ze geen plek hadden, vervolgens dat ik twee dagen kon komen, en aan het eind van de dag werd ik voor 60 uur per week ingeroosterd, omdat er eigenlijk geen andere werknemers meer over waren. Ergens had natuurlijk een belletje moeten afgaan, maar het waren de hoogtijdagen van de Olympische Spelen en ik voelde me geïnspireerd.

Dus ik stond achter de bar in de sportclub en wrochtte dioppo macchiato en skinny decaf cappucino's en serveerde chocolademuffins en victoria sponge aan vijftigers die er na hun tennisles uitzagen alsof ze elk moment het loodje konden leggen. Met de sportleraren kwam de conversatie niet verder dan 'oh wow, je komt uit Amsterdam, te gek man' en 'HOE heet je?', maar het allerergste waren de Moeders Met Kinderen. Het was een sportclub in een wijk vol Gooische vrouwen met niks beters te doen dan, nadat ze voor hun kinderen worstjes en aardappelpuree of shepherd's pie met ketchup hadden besteld, het bedienend personeel te terroriseren. Op een dag kwam zo'n geföhnd geval aan de bar en bestelde een kop English Breakfast. Ik redderde met kopjes kokend water, schotels en theelepeltjes, zocht een zakje thee uit en schoof de suiker bij. Ze staarde me ijskoud aan. Nu mis ik de Engelse bescheidenheid, dus ik staarde vrolijk terug. 'Do you really expect me', vroeg ze toen, 'to put the tea bag in there....MYSELF?' en wees met een gemanicuurde nagel naar het zakje English breakfast op de schotel. 'Tja', zei ik, 'ik wil het ook best voor u doen hoor, no problem.' en hengelde het zakje enthousiast op en neer in het hete water. Ze keek me weer aan. 'I. Have. Never.' en klikklakte weg. Die avond zei ik 'aai kwit' tegen de manager en dat was de sportclub.

Het tweede baantje leek te mooi om waar te zijn. Serveerster in een prachtige bar, midden in het centrum, met een Niet Onaantrekkelijke Manager. Misschien een eenvoudig serveerstersbaantje, maar wel in het oudste koffiehuis van Engeland, dus ik vond het genoeg cachet hebben om me in het zwart te hijsen (geen broek, een rok! had de eigenaar gezegd, wat ik bijzonder seksistisch vond, maar ze zijn hier nogal ouderwets. bovendien vertrouwde een collega me toe dat de eigenaar had meegevochten in de Irak-Iranoorlog, dus het leek me het verstandigst niet met hem in discussie te gaan) en een dienblad ter hand te nemen. Het werk was leuk, het eten goed (maak altijd vrienden met de kok) en de fooien niet gering. De Niet Onaantrekkelijke Manager bleek een nog leukere broer te hebben, die Kip heette (soms moet je Engelsen niet vragen naar het hoe of waarom) dus ik kon mijn geluk niet op.

Helaas was mijn geluk van korte duur en besloten ze mij te laten gaan en iemand aan te nemen die hier echt woonde en waarschijnlijk ook nog wel even zou blijven, in plaats van mijn 'op zoek naar mezelf'-avontuur. 'But I have to get fish and chips on the shelf!', protesteerde ik nog. Helaas, de Niet Onaantrekkelijke Manager had zijn oog al laten vallen op een petite brunette met een posh accent en een neuspiercing. Zo ongeveer alles wat ik niet ben, dus daar viel niet tegen op te boksen.

Sindsdien heb ik er een dagtaak aan om bij mijn voormalige werkgevers mijn verdiende salaris los te peuteren. Zoals ik al eerder zei, is de administratie in dit land een nachtmerrie en zijn de Britten niet in staat een rechtstreeks antwoord te geven. Van de Niet Onaantrekkelijke Manager heb ik inmiddels, nadat ik elke dag langs ben gegaan, een envelop gekregen met een tiende van wat ik hoor te krijgen. Ik zie dit als een teken dat hij me vaker wil zien. Van de sportclub kreeg ik een sms: 'We're on holiday now and unable to pay you for your shifts. Sorry.' Ik overweeg juridische stappen. Maar ja, als je weet hoeveel moeite het hier al kost om een treinkaartje te kopen, kan ik mijn zuurverdiende geld maar beter investeren in een nieuwe fles gin.

Back to college

Balliol College
De stad en de universiteit zijn eigenlijk één. Er zijn 38 colleges van de University of Oxford op een oppervlakte van 45 vierkante kilometer. Er studeren hier 21.000 studenten. Behalve de colleges en de halls bezit de universiteit ook winkels en cafés. De universiteit brengt al het geld binnen hier en is dus oppermachtig. Zonder universiteit geen Oxford.

De colleges zijn overdag te bezichtigen. Soms is de toegang gratis, soms betaal je een paar pond. Als student krijg je korting en gelukkig hebben wij onze studentenkaart van Swansea University nog (zonder datum, dus genieten we als echte Hollanders van ons voordeeltje. Mijn Vega Vriendin is een onwijze Oxfordfan, dus haar doel is hier zoveel mogelijk colleges te bezoeken. Ikzelf....couldn't care less. Het is wel allemaal mooi en leuk en echt Engels met mooie tuinen en soms kom je een bekende naam tegen op de muur, maar na verloop van tijd vormen al die colleges in je hoofd één grote warboel van sombere eetzalen en authentieke bakstenen. Toen ik mijn foto's ging uitzoeken, moest ik met mijn dagboek erbij uitpuzzelen van welk college ze waren. Maar goed, ik ben er wel geweest. Je kunt mij er niet van beschuldigen dat ik een cultuurbarbaar ben. 


Wadham College
 

Kebble College
 
Jesus College


 
Balliol College


Trinity College